Reports

Naarstig op zoek naar de groen in het gedicht

Die Groen in die Gedig: Susan Smith gesels oor ekogedigte, 9 Maart 2012, US Woordfees, Stellenbosch.

DAVID VERSTEEG

Vrijdagochtend was een introductie ochtend. Rond de klok van 10 uur had een groepje van zo’n 20 mensen zich weten te verzamelen in een zaaltje in het Erfurthuis, recht tegenover het Sasol Kunstmuseum. De gemiddelde leeftijd kon niet ver onder de 50 liggen, maar wat is ouderdom anders dan een nummer? Zij die jong van geest waren bevonden zich in goed gezelschap: Susan Smith was present om ons in te lichten over de school der ecokritiek.

Niemand minder dan Dorothea van Zyl was aanwezig om haar voor te stellen, passend gekleed in een lichtgroene jurk om de thema van het feest en de lezing te complementeren. Mevrouw Smith geeft les bij verschillende universiteiten en functioneert in Zuid-Afrika op het voorfront van de ecokritiek. Na zo gelukkig te mogen zijn als om uit te vinden dat “kragpunt” als Afrikaanse weergave van powerpoint deugd konden we fris aan de ochtend beginnen.

Allereerst nam Susan ons aan haar hand mee langs verschillende definities van ecokritiek. Ons werd uitgelegd dat de ecokritiek een ziening handhaaft die toegenomen waarde hecht aan de waarde van plaats als locus van kritiek en onderzoek. Wat in feite is gebeurt is dat dit onderwerp zijn eigen veld van studie heeft gekregen, naast de bestaande, meer gevestigde categorieen van ras, geslacht en sociale klas. De voortdurende bevraagtekening van de rol van de natuur en ecologie als systeem in het huidige wereldbeeld is reden voor bezorgdheid, en daarom reden tot actie ondernemen. Ecocritici zijn op zoek naar juist die elementen van een tekst die hun relatie tot de natuur en omgeving aanspreken. Ecologie vind zijn etymologische wortels en het griekse oikos, en kan gezien worden als de studie van ons huis. Het is een fantastische benadering en een pittige lens om je wereld mee te onderzoeken. De aloude scheiding van cultuur en natuur wordt opzij gezet: je bevindt je plots in een samengesmolten wereld waren alles aan elkaar verbonden is.

Een ander belangrijk thema is wildernis: de beweging weg van de geconstrueerde wereld naar een wereld met minder hoeken van 90 graden, waar duidelijk vermindert maar leven wellicht vermeerdert. Op een zelfde manier wordt de rol van techonologie onderzocht: wat zijn effect op de wereld is, hoe het ordent en welke betekenissen de wildernes daarom verwerft.

Na de theorie konden we gedichten in duiken. Aan de hand van ons versgebouwde raamwerk van eco-kritiek konden we vaststellen dan eco-gedichten dan gedichten zijn die alle bovenstaande factoren binnenin zichzelf opnemen. Het is het uitplooien, uitvogelen van het verband dat we met de natuur hebben, wat er nog van over is en wat moet gebeuren tot het behoudt ervan. Het gedicht is bewust van zijn omgeving en bewust van dit wat bedreiging vormt. Het onderzoekt de plek van de mens, waar we thuis zijn en waar we thuis voelen. Het is op zoek naar beheer, naar wie we zijn en waar we naartoe gaan. Boven dit alles wil het inspireren tot actie. Niks geen statische opname van woorden – er moet onderneming plaatsvinden!

Om onze kennis op de proef te stellen bestond het laatste deel van de lezing uit het doorspitten van een hele rits eco-gedichten. Internationaal en lokaal passeerden er een flink aantal de revu, tegelijkertijd voorbeelden om inherente eco-gedicht technieken uit te lichten en aan te wijzen. Zo blijkt de worm-techniek een van kleine gaatjes in je gedicht laten, blijken de formele aspecten van groot belang tot de bepaling van wat belangrijk is en is er een term die bijna het aller belangrijkst is: emplacement. Emplacement omvat de inleving van de schrijver/dichter in zijn omgeving om die dan tegen het licht te houden, om uit te vinden wat op een heel specifieke plek gebeurt. Het is smaller dan je land of streek – het zijn belangrijke plekken, kleine stukjes aarde die spreken van verbinding.

Zo liep het middenstuk in het einde over, leerden we Buell en Donne kennen, lazen we de gedichten van onder andere Larry Eigner, Johan Lodewyk Marais en zelfs een paar van Susan Smith. De ecokritiek is ons die dag door haar aan de man gebracht, en wij zijn haar ons dank verschuldigt.

Comments